De Bittermeloen heeft veel verschillende namen. Misschien ken jij hem wel als Foekwa, Sopropo, Balsempeer, Bittergourd, Karela of Paré. Hoe je hem ook noemt, de vrucht is meteen te herkennen aan zijn bobbelige uiterlijk en bittere smaak. Het is een smaak waar je mee opgegroeid moet zijn om hem te kunnen waarderen maar deze pukkelige vruchtjes zijn heel gezond! Bitter wordt in de Nederlandse eetcultuur niet veel gebruikt, althans niet overheersend. Maar in bijvoorbeeld de Surinaamse eetcultuur wordt de Bittermeloen, of Sopropo zoals hij daar wordt genoemd, vaak gebruikt. Je eet de jonge onrijpe vruchten, dus wanneer ze nog groen zijn. Je kunt ze in stukjes in een saus smoren of in de lengte doorsnijden, uithollen en vullen met bijvoorbeeld vis waarna je ze in de oven gaard. Laat je de vruchten aan de plant hangen dan worden ze uiteindelijk oranjegeel en knappen ze naar verloop van tijd open en kun je de felrode, niet meer eetbare zaadjes zien zitten. 

Tip: Ga je met Bittermeloen koken maar wil je een iets minder sterke bittere smaak? Leg de vruchten dan een paar uur voordat je ze gaat verwerken in zout water. Dat zwakt het stofje dat de bittere smaak veroorzaakt af.

Omdat Bittermeloen van constante warmte houdt, kun je ze het beste in een kas of serre kweken. Zaai april-juni voor in potjes. De ideale kiemtemperatuur is 20-25°C. Het is aan te raden om de vrouwelijke bloemen (die met het vruchtbeginsel onder de bloem) met de hand te bestuiven. Dat kun je doen door met een zacht kwastje het stuifmeel van de mannelijke bloemetjes over te brengen naar de vrouwelijke bloemetjes.

Momordica charantia is een éénjarige plant die qua groeiwijze wel wat weg heeft van Cucumis. De sterk rankende planten kunnen scheuten ontwikkelen die wel 10 meter lang worden! Zorg dus voor draad, stokken of gaas waar de plant langs omhoog kan groeien.